Werkwijze

Werkwijze

Op onze school werkt een gevarieerd team van onder andere groepsleerkrachten, onderwijsassistenten, vakleerkrachten, logopedisten en intern begeleiders samen. Zij werken niet alleen samen met elkaar, maar ook samen met ouders. Deze samenwerking vormt de basis voor kwalitatief goed onderwijs.

Onze werkwijze

Ons onderwijs ondersteunt de leerlingen in hun totale ontwikkeling. Het lesaanbod stemmen wij af op de behoefte van de leerling. Spraakontwikkeling, taalontwikkeling en communicatie nemen een centrale plaats in. Ook spelen en het aanleren van sociale vaardigheden vinden wij belangrijk. Wij zien spelen als een manier om te ontwikkelen en te leren. Het bevordert het leren en de taalontwikkeling en stimuleert het denken.

De lesstof in de klas is vergelijkbaar met die van een reguliere school. De manier van aanbieden van de lesstof verschilt. Onze school gaat uit van de onderwijsbehoefte van de leerling. In de balkjes hieronder staat informatie over hoe wij omgaan met bijvoorbeeld voorspelbaarheid, structuur, regels, autonomie van de leerling, feedback op gedrag van de leerling, de relatie tussen leerkracht en leerling en hoe wij verder ons onderwijs aanpassen op de behoefte van de leerling (op het gebied van spraak/taal/communicatie en didactiek). Wilt u hier meer over weten? Klik dan op de witte balkjes.

Extra competenties van onze leerkrachten

Op school worden de volgende elementen bewust ingezet.

  • NmG (Nederlands met Gebaren), aangepast taalgebruik en totale communicatie.
  • Visuele ondersteuning zoals plaatjes, foto’s, film, voorbeelden, picto’s, verteltafel, (digitaal) schoolbord, beeldwoordenboeken.
  • Schoolbreed intensief woordenschatonderwijs met de aanpak van ‘Met Woorden in de Weer’.
  • Specifieke vaardigheden zoals aangepaste en/of verdiepte instructie, flexibiliteit, ondersteunen.
  • Aanpassingen in de wijze van aanbieden van de leerstof, verdeling in overzichtelijke stukken, remediërende materialen, leertijd.
  • Multidisciplinair werken; naast de inzet van de expertise van leerkrachten, assistenten en logopedisten worden ook intern begeleiders, pedagogen, autistenbegeleiders, motorische remedial teachers, fysiotherapeuten en teamleiders waar nodig ingezet.

Voorspelbaarheid

  • Er wordt gebruik gemaakt van pictogrammen en een dagprogramma. Leerlingen weten steeds welke activiteiten er zijn. In de klassen en kamers zijn pictogrammen, een tijdklok of een Time Timer en een kalender.
  • De leerkracht geeft bij elke activiteit aan wanneer het begint en wanneer het eindigt. De leerling weet wat hij moet doen als hij klaar is.
  • Sociaal gewenst gedrag wordt door de leerkracht vooraf benoemd.

Regels

  • Deze regels kenmerken zich door een (positief geformuleerde) beschrijving hoe men behoort te handelen.
  • Er zijn schoolregels, die gelden voor het plein, de gangen, de klaslokalen en behandelkamers.
  • Elke klas heeft klassenregels over het gewenste gedrag tijdens de lessen.
  • De regels zijn gevisualiseerd.
  • Wij spreken leerlingen aan op de regels; geven leerlingen complimenten als zij zich er aan houden, corrigeren leerlingen als zij zich er niet aan houden.

Autonomie van de leerling

  • De leerkracht geeft de leerling de gelegenheid keuzes te maken, biedt de leerling aan verantwoordelijkheid te nemen.
  • De leerkracht geeft de leerling ruimte om initiatief te nemen.
  • De leerkracht respecteert de uniciteit van de leerling en draagt dit uit naar de leerlingen.

Feedback op gedrag van de leerling

  • De feedback op sociaal gedrag en op de inhoudelijke taak is overwegend positief en specifiek. (verhouding 70% positief versus 30% negatief)
  • De leraar biedt de leerlingen zelfvertrouwen.
  • De leraar creëert situaties waarin sterke kanten naar voren komen.
  • De leraar biedt uitdagende taken aan.
  • De leraar is beschikbaar voor ondersteuning.

Regels tussen leraar en leerling

  • De medewerker toont zich beschikbaar, biedt gelegenheid tot verbondenheid en reageert responsief.
  • De leerlingen leren het perspectief van een ander te zien.
  • De medewerker biedt structuur:
    • Kwaliteit van de beurt (relatie aangaan) de medewerker:
      – doorloopt alle fases van een beurt;
      – opent met een vraag tegelijk;
      – geeft de leerling voldoende denktijd.
    • Gedragsvoorwaarden: De medewerker
      – heeft een centrale positie voor (een groepje) leerlingen als hij met hen praat of naar ze luistert;
      – hanteert hij alertheidssignalen als hij iets wil zeggen of om de aandacht te trekken;
      – benoemt wat hij m.b.t. een activiteit of taakje van een leerling verwacht;
      – benoemt het sociale gedrag dat hij van de leerling wil zien;
      – benoemt wat hij zelf doet, denkt en voelt;
      – laat positieve ervaringen op doen in de communicatie en in het aangaan van sociale relaties;
      – heeft aandacht  voor het aanleren van sociale vaardigheden en weerbaarheid.

Basisaanbod op gebied van spraak, taal, communicatie en didaktiek

De leraar/logopedist:

  • geeft de lesopbouw goed aan en visualiseert waar mogelijk.
  • zorgt voor auditieve  en visuele rust.
  • herhaalt verbaal aangeboden informatie.
  • doet voor en denkt hardop.
  • stelt denk stimulerende vragen.
  • let er goed op dat de leerling zijn/haar mond kan zien en heeft een rustig spreektempo.
  • geeft het les/taalaanbod in overzichtelijke stappen, met terugkerend karakter.
  • gunt de leerling tijd om aangeboden informatie te verwerken.
  • geeft de leerling ruimte en tijd zijn/haar antwoord of gedachten te verwoorden.
  • benadrukt succeservaringen en maakt dit mogelijk visueel.
  • sluit qua communicatie en taalaanbod aan bij  begripsniveau van de leerling.
  • biedt de opdracht aan in korte of duidelijke zinnen.
  • biedt informatie zowel verbaal als visueel aan.
  • heeft veel aandacht voor de woordenschat waarbij de aanpak van MWidW gevolgd wordt.
  • geeft veel aandacht aan regels van gespreksvoering zoals luisteren, beurtgedrag en inspelen op de ander en traint deze in.
  • geeft planmatige ondersteuning op het gebied van communicatieve vaardigheden.
  • legt omgangsregels expliciet uit en visualiseert deze.
  • geeft expliciet aandacht aan sociale aspecten in de communicatie en traint deze waar nodig in.
  • lokt het kind in bepaalde situaties uit tot communicatie of geeft afbakening in hetgeen de leerling vertelt.
  • besteedt aandacht aan het bevorderen van plezier in communicatie.
  • geeft expliciet aandacht aan de mogelijke frustraties van de leerling op communicatief gebied.
  • De leerkracht en logopedist werken intensief samen en stemmen af wat betreft het (taal) aanbod  voor en de ondersteuningsbehoefte van de leerling.

Wilt u meer weten over groepsindeling, ontwikkelingsperspectief, leerlingenzorg, zorgniveaus, leerroutes of methodieken? Klik dan op één van deze onderwerpen bovenaan deze pagina.

Vragen?

Heb je vragen over de school of wil je graag advies? Neem dan contact met ons op.